De formele kinderopvang in Nederland is de afgelopen jaren stormachtig gegroeid. Het gebruik van en de subsidies voor formele kinderopvang zijn inmiddels vergelijkbaar met Scandinavië. Een macro-economische analyse suggereert dat de recente intensiveringen met name hebben geleid tot het formaliseren van informele opvang. De bijdrage aan andere formele productie is beperkt geweest. Als participatie-instrument lijken kinderopvangsubsidies inmiddels grotendeels uitgewerkt. Een verdere intensivering is wellicht nog te motiveren vanuit het oogpunt van de ontwikkeling van het kind. Een lezing van de literatuur suggereert echter dat we ons wat dat betreft niet rijk moeten rekenen.