Het aandeel zelfstandigen in de Nederlandse beroepsbevolking is de afgelopen twee decennia sterk toegenomen, onder andere door de opkomst van de zelfstandige zonder personeel (zzp'er). In deze bijdrage maken we een decompositie van de toename in de periode 1992-2006. In tegenstelling tot onderzoeksresultaten uit de VS vinden wij dat de sectorsamenstelling als verklaring slechts een beperkte rol speelt. De waargenomen groei blijkt tevens in beperkte mate samen te hangen met socio-demografische ontwikkelingen zoals vergrijzing, huishoudenssamenstelling en opleidingsniveau. De vergrijzing van de beroepsbevolking (ouderen zijn vaker zelfstandige) is weliswaar een belangrijke oorzaak van de toename van het aandeel zelfstandigen, maar dit effect wordt voor een belangrijk deel gecompenseerd door een hoger opgeleide beroepsbevolking (hoger opgeleiden worden steeds minder vaak zelfstandige). De resultaten suggereren dat het grootste deel van de groei is gerelateerd aan overheidsbeleid en een sociaal-culturele trend. Onder dat laatste valt een verbeterde reputatie van zelfstandig ondernemerschap. Het beleid heeft waarschijnlijk een overheersende rol gespeeld bij de recente stijging.